Homo en hetero moeten leven voor Gods nieuwe wereld
12 maart 2017
Met Jezus’ komst is een nieuw perspectief ontstaan voor de mens: de naderende nieuwe wereld van God en mens samen. Laat de heilige Geest je helpen om je gedrag en keuzes rond huwelijk en seksualiteit daarop aan te passen.
Lezen: 1 Korintiërs 7:25-35, Matteüs 19:1-12
Tekst: Matteüs 19:11-12
Vanmorgen gaan wij het hebben over homofilie en homoseksualiteit. Dat is spannend. Voor u, voor mij, voor homo’s! Toch denk ik dat we in dit seizoen -waarin we het hebben over liefde, huwelijk, seksualiteit en relaties- er niet over kunnen zwijgen. Vooral ook niet omdat het geen recht doet aan onze broeder of zuster die homo is. Wanneer er gezwegen wordt over iets dat jouw leven diepgaand bepaalt, dan lijkt het alsof jijzelf er niet mag zijn. En dat is wel het laatste wat er in de kerk van Jezus mag gebeuren.
Nu wordt dit geen preek speciaal voor homo’s. Het wordt een preek voor iedereen. Maar bedenk dat er hier mensen in de kerk zitten die homo zijn. Want even één ding uit de wereld helpen: je bent homo of je bent het niet. Het is een geaardheid. Het is niet iets waar je voor kiest. Het is ook niet iets waar je met wat hulp wel weer vanaf komt. Wel denk ik dat je onderscheid moet maken tussen homofilie en homoseksualiteit. Homofilie is dat je emotioneel en seksueel wordt aangetrokken tot iemand van hetzelfde geslacht, homoseksualiteit is dat je seksuele omgang hebt met iemand van hetzelfde geslacht. Dat is dus het verschil tussen wat je voelt en wat je doet. Daartussen zit altijd je eigen keus en ook je verantwoordelijkheid om heilig met je gevoelens om te gaan. Dat geldt voor homo’s en voor hetero’s.
Maar voor homo’s in de kerk stapelen de vragen zich snel op. En ik weet dat er hier in de kerk ook meerdere ouders zijn van een homofile zoon of dochter. Of je broer of zus is homo. De vragen die homo’s hebben zijn dan al gauw ook jouw vragen. Maar geldt dat dan ook niet voor de gemeente van Jezus: wij zijn toch elkaars broer en zus? Maar dan zijn de vragen van de homobroeder of -zuster in de kerk toch ook mijn vragen? Daar kan ik toch niet voor weglopen of met een korte afwijzing op reageren?
Wat zijn de vragen van homo’s in de kerk? Ik noem er een paar waarvan ik denk dat het de belangrijkste zijn. Heeft God mij zo gemaakt? Houdt God van mij als homo of wijst Hij mij af? Moet ik nou mijn hele leven alleen blijven? Accepteren de kerkmensen mij wel? Hoe zullen ze reageren als ik als man met een vriend, of als vrouw met een vriendin de kerk in kom? Is er dan plaats voor mij?
Die laatste vraag heeft de classis Hardenberg ook aan de synode gesteld. Echt als open vraag, omdat we het niet weten. Ik weet het ook niet. De vraag luidt zo: geeft de bijbel ruimte voor een homoseksuele relatie in liefde en trouw vergelijkbaar met het huwelijk (een relatie van twee mensen, publiek en voor het leven gesloten), en kunnen zij een volwaardige plaats innemen in de gemeente van Christus? Mijn doel met deze preek is dat we samen gaan luisteren naar wat God in de bijbel zegt, dat we het evangelie op het spoor komen, dat er openheid komt over dit onderwerp en bovenal dat er liefdevolle aandacht is voor onze homobroeders en -zusters. Bied hen een veilige gemeente!
Wat zegt de bijbel? De bijbel is altijd en overal alleen maar negatief over homoseksueel contact. Je kunt de teksten zelf opzoeken: Leviticus 18:22 en 20:13, Romeinen 1:26-27, denk ook aan het verhaal van de mannen in Sodom (Genesis 19:1-11, zie verder ook 1 Korintiërs 6:9 en Judas 7). Let er op dat dit over homoseksueel contact gaat. Over homoseksualiteit, niet over homofilie. Je kunt je afvragen of de homofile geaardheid zelf al zonde is. Ik durf dat niet te zeggen. Dat betekent nog niet dat die gevoelens dus gevolgd mogen worden. Maar dit is belangrijk voor homo’s: leven zij door hun geaardheid al in zonde? Ik denk niet meer of minder dan ik met mijn hetero-gevoelens die ook zondig en niet-zondig kunnen zijn.
Naast het negatieve spreken over homoseksualiteit kom je in de bijbel de doorgaande lijn van het man-vrouw huwelijk tegen. In Genesis 1 lees je: ‘mannelijk en vrouwelijk schiep hij de mensen’ en in hoofdstuk 2, nadat God Eva bij Adam heeft gebracht: ‘Zo komt het dat een man zich losmaakt van zijn vader en moeder en zich hecht aan zijn vrouw, met wie hij één van lichaam wordt’ (Genesis 1:27 en 2:24). Deze woorden haalt Jezus aan in Matteüs 19:4-5. Nog weer later haalt de apostel Paulus ze aan in zijn brief aan de Efeziërs (5:31). Dus heel de bijbel door wordt vastgehouden aan het man-vrouw huwelijk met alleen daarin seksuele omgang.
Maar nu naar onze tekst, Matteüs 19:11-12. En ik heb heel bewust ook 1 Korintiërs 7:25-35 daarbij gelezen. Want in beide gedeelten laat God je zien dat door Jezus jouw toekomstperspectief verandert. En laat nou je gedrag daarop aanpassen, door Gods genade en door de kracht van de heilige Geest. Wat is dat nieuwe toekomstplaatje? Dat is het komende koninkrijk van God. En dat zet alles op zijn kop. Daardoor verandert er van alles in je leven, juist ook als het gaat over huwelijk en seksualiteit. In de tijd voor Jezus’ komst was het voor de joden heel belangrijk om te trouwen en kinderen te krijgen. Had God niet in het paradijs gezegd: ‘Wees vruchtbaar en word talrijk’ (Genesis 1:28)? Daarom zitten de discipelen ook zo met het verbod op echtscheiding (Matteüs 19:8-9) in hun maag: stel je vrouw blijkt onvruchtbaar. Maar dan laat Jezus zien dat er met zijn komst een nieuw perspectief is ontstaan voor de mens: namelijk de naderende nieuwe wereld van God en mens samen. Het hemelrijk. Laat dat je in beslag nemen! De apostel Paulus zegt in 1 Korintiërs 7: er is nog maar weinig tijd, want de wereld die wij kennen gaat ten onder. Laat daarom de dingen die bij deze wereld horen je niet in beslag nemen. ‘Laat daarom ieder die een vrouw heeft zo leven dat het hem niet in beslag neemt’ (vers 29). Dat is een hele sterke, vergaande tekst waar je misschien liever over heen leest. Daar moet je dan mee stoppen. Hier staat niet dat je er in het huwelijk nu dan maar met de pet naar kan gooien en je partner verwaarlozen. Absoluut niet. Er staat wel dat vanaf Jezus alles draait om het komende koninkrijk van God. Dat is na Pinksteren toch ook het enige wat nog te gebeuren staat, de wederkomst van Jezus en daarna het koninkrijk van God op aarde? Vanaf Jezus moet alles in jouw leven draaien om het komende koninkrijk van God. Jezus zegt: de mens die dat rijk verwacht heeft voor trouw blijven aan zijn of haar huwelijk alles over (Matteüs 19:6). De mens die dat rijk verwacht, zegt Paulus, moet overwegen of het misschien beter is om niet te trouwen (1 Korintiërs 7:26-28). En dat is ook wat Jezus zegt in Matteüs 19:11-12. ‘Er zijn mannen die niet trouwen omdat ze onvruchtbaar geboren zijn, andere omdat ze door mensen onvruchtbaar gemaakt zijn (de eunuch), en er zijn mannen die niet trouwen omdat ze zichzelf onvruchtbaar gemaakt hebben met het oog op het koninkrijk van God’. Zij hebben zichzelf niet letterlijk onvruchtbaar gemaakt maar zij kiezen ervoor ongetrouwd te blijven vanwege het naderende koninkrijk van God. Wij zijn dit kwijtgeraakt als christenen: dat je kunt overwegen ongetrouwd te blijven met het oog op het koninkrijk van God. Denk aan de monniken en nonnen van vroeger. In onze samenleving lijkt de norm te zijn dat je als mens seks hebt, in de kerk lijkt de norm maar al te vaak te zijn dat je getrouwd bent en een gezinnetje sticht. Alsof je leven dan pas vervuld is. God laat hier zien dat sinds Jezus de nieuwe levensvervulling gevonden moet worden in het koninkrijk van God en dat je de bevrediging van eigen aardse begeerten daaraan onderwerpt. Dit roept in mij een verlangen wakker naar het koninkrijk van God. En wat verlang ik naar een leven dat echt gericht is op dat koninkrijk.
Dus hetero’s en homo’s moeten leven voor Gods nieuwe wereld. Laat de heilige Geest je helpen om je gedrag en keuzes rond huwelijk en seksualiteit daarop aan te passen. Het moet je namelijk gegeven worden, zegt Jezus in Matteüs 19:11, het is genade. Maar zoek daarnaar en bid daarom.
Hoe is dit voor u en jou? Laat jij het komende koninkrijk je leven beïnvloeden? Laat jij je gedrag en keuzes rond huwelijk en seksualiteit door het komende koninkrijk beïnvloeden? Ik vind het moeilijk om dat heel concreet te maken. Hoe schakel ik mijn huwelijk nou in met het oog op het koninkrijk van God? Ik denk aan een paar zinnen uit het huwelijksformulier: ‘door het huwelijk wil de Here bouwen aan de volgende generaties met het oog op de komst van zijn koninkrijk.’ En even verderop: ‘De gehuwden leven niet alleen voor elkaar en hun gezin. De Heer geeft hun ook een plaats in de samenleving. Zij behoren zich in te zetten voor de leden van Christus’ gemeente en voor alle mensen die God op hun weg plaatst.’ Maar zit het probleem niet dieper? Is ons probleem niet dat van de discipelen die uitroepen: ‘als het zo zit dan kun je beter niet trouwen!’ Zij bedoelen: als huwelijk en seksualiteit zo moeten worden opgenomen in het heen leven naar het koninkrijk van God, - dat lukt toch geen mens? En laten we eerlijk zijn: dit kost ons heel veel moeite. Weet je waardoor dat komt? Omdat de zonde je geloof tot een apart terrein van je leven wil maken. Een vakje, een stukje van je leven waar je geloof zit. Het effect kan zomaar zijn dat je het komende koninkrijk tot achter je dood schuift, of tot achter de wederkomst van Jezus. Dan kom je in dat rijk en dan ga je leven naar hoe het er daar aan toegaat. Maar Jezus breekt daar dwars doorheen met zijn concrete onderwijs. Nu, in dit leven, moet je heen leven naar het komende koninkrijk. Dat is bevrijdend. Jezus breekt de macht van de zonde. Jezus breekt die vakjes in je leven af. Zodat je hele leven gevuld wordt door Hem, door zijn Woord en Geest, door zijn naderende koninkrijk. Alles in je leven raakt Hij aan, op alles in je leven is Hij betrokken. Soms zie je dat heel duidelijk in een mensenleven. Hier en daar komen nieuwe kloostergemeenschappen op: moderne monniken en nonnen, getrouwd of niet, die hun leven wijden aan God. Maar ook daarbuiten kom je ze tegen. In de gemeente kom je ze tegen: hetero’s en homo’s die echt leven voor Gods nieuwe wereld.
Maar welke richting wijst de bijbel nu als het gaat over homoseksuele relaties? Dat was de startvraag van de preek en we hebben nog steeds geen antwoord. Ik weet ook niet of dat antwoord wel komt in deze preek. Ik denk wel dat het heel belangrijk is om het grotere kader te hebben gezien, van het komende koninkrijk. Homo’s en hetero’s moeten leven voor Gods nieuwe wereld. Dat grotere kader helpt ons denk ik ook meer dan losse teksten. Ik vind het heel kwetsbaar om de teksten over homoseksualiteit die in de bijbel staan zomaar even toe te passen op de christenhomo die een relatie heeft in liefde en trouw. De bijbel lijkt de homoseksueel die de Here oprecht liefheeft en die in liefde en trouw wil samenleven helemaal niet te kennen. Maar wij komen hem of haar wel tegen in de gemeente. Hij of zij zit naast ons in de kerkbank. Wat wel blijft is dat de bijbel van begin tot eind vasthoudt aan het man-vrouw huwelijk en alleen daarin de seksuele omgang. Ik denk dat het belangrijk is om daaraan vast te houden als de bijbelse norm. Als heterofiele en homofiele mensen.
Maar wat nu als een christelijk homostel daarin een andere keus maakt? Zij willen God dienen. Iedereen kent hen ook uit de tijd dat ze nog geen relatie hadden als oprechte, meelevende gelovige mensen. Maar nu hebben ze elkaar. Ze erkennen het man-vrouw huwelijk als de door God gegeven norm. Maar zij worstelen met het gegeven dat zij anders geaard zijn. Ze hebben zich afgevraagd: moet ik dan maar alleen blijven? Maar ze merkten ook dat dit meer van hen vroeg dan zij aankonden. Wat dan? Ik hoop allereerst dat hun worsteling de worsteling van de hele gemeente is. We laten elkaar in de gemeente toch niet ieder in zijn eigen probleem stikken? Maar stel nou dat zij een partnerschap sluiten. En ze willen lid blijven van onze gemeente. Moet je dan zeggen: dat kan niet? Waar moeten ze dan heen? Ik zou ze er graag bij willen houden. En let op, ik doe hiermee geen algemene uitspraak. Zo van: een homoseksuele relatie voor een christen moet gewoon kunnen. Maar ook niet omgekeerd: een homoseksuele relatie voor een christen kan nooit. In plaats van zo’n algemene uitspraak denk ik dat maatwerk beter is: hoe staan deze homoseksuele broeders of zusters erin? Zijn ze met hun relatie op God en zijn koninkrijk gericht? Erkennen ze het man-vrouw huwelijk als de bijbelse norm? Hebben ze een leven in onthouding overwogen? En neem als gemeente -op voorstel van de kerkenraad- dan een beslissing over concrete mensen. Zou het misschien ook zo kunnen dat we het aangaan van een homoseksuele relatie in liefde en trouw aan de eigen verantwoordelijkheid van betrokkenen overlaten en elkaar daarin verdragen? Ik moet verantwoording afleggen over wat ik in mijn leven heb gedaan. Een homostel moet verantwoording afleggen over hun keuze. En daarbij zijn we beiden zo diep afhankelijk van Gods genade. Moge de God van alle genade, die ons in Christus geroepen heeft tot zijn eeuwige heerlijkheid, ons na een korte tijd van lijden, volmaken, bevestigen, sterken en grondvesten’ (1 Petrus 5:10). Amen.