Verheerlijk God met je lichaam

1 april 2001

God schiep de mens zo dat mannelijk en vrouwelijk als twee puzzelstukjes bij elkaar passen om samen een mooi en compleet plaatje te vormen.

Lezen: 1 Korintiërs 6:12-20, 7:29-35, 2 Korintiërs 6:14-7:1

Tekst: Zondag 41

Uit het feit dat ik u aanspreek als broeders en zusters blijkt dat de mensheid onderscheiden is in mannelijk en vrouwelijk. Wij weten en geloven dat God de mens zo schiep: ‘God schiep de mens naar zijn beeld (...) man en vrouw schiep Hij hen.’ Nu is het onderscheid tussen mannen en vrouwen de hele wereldgeschiedenis door een bron van problemen, ruzie en discriminatie geweest. Terwijl God het zo anders bedoeld had. Hij schiep het onderscheid tussen mannelijk en vrouwelijk niet om scheiding te brengen, maar juist met als doel dat mannelijk en vrouwelijk op elkaar in zouden grijpen en elkaar zouden aanvullen als twee verschillende puzzelstukjes die precies bij elkaar passen en samen een mooi en compleet plaatje opleveren.

 

Het onderscheid tussen mannelijk en vrouwelijk is niet iets van volwassenen alleen. Vanaf het allereerste begin van je leven ben je een jongen of een meisje. Als opgroeiende jongere heb je misschien vragen over je ontwikkeling tot man of vrouw. Je kunt je vragen hebben over hoe jij in elkaar zit. Misschien vraag je je af: wat wil God eigenlijk met mijn leven, wat wil God met mij juist als vrouw of juist als man?

 

Vragen over seksualiteit kunnen zich met kracht aan je opdringen. Seksualiteit is een belangrijk deel van je leven. Je kunt er niet om heen, je wordt dagelijks met je lichaam geconfronteerd. Het hoort bij je mens zijn. Die dagelijkse confrontatie met je lichaam kan voor sommigen heel moeilijk zijn. De cultuur waarin we leven doet daar nog eens een schepje bovenop. De boodschap van onze cultuur is: je lichaam is belangrijk. Daarom kunnen winkels bestaan van de handel in lichaamsverzorgende producten. De Bodyshop laat die cultuur zelfs in zijn naam doorklinken.

 

Voor christenen kunnen vragen over seksualiteit ook nog op een andere manier op je af komen vanuit onze Nederlandse cultuur. Is de openheid over seksualiteit zoals die in ons land heerst goed, moeten echt alle taboes rond seksualiteit verdwijnen? Maar omgekeerd, kan het gereformeerde wereldje ook niet te bedekkend zijn als het gaat over seksualiteit en lichamelijkheid?

 

In een losgeslagen Nederland met zijn homohuwelijk en zijn opdringerige vrij veilig reclames kun je als christenman of -vrouw de draad kwijtraken en met vragen blijven zitten. Als ongetrouwde: hoe beleef ik mijn seksualiteit? Als ouders: hoe voed ik mijn kinderen zo op dat ze de juiste keuzes maken op het gebied van de seksualiteit? Als jongere: wat mag wel en niet?

 

Vragen over seksualiteit zijn niet iets van de laatste tijd en seksualiteit is ook geen modern onderwerp. Het is zo oud als de wereld. De apostel Paulus had er al mee te maken. Hij kreeg vragen vanuit de gemeente van Korinte (zie 1 Korintiërs 7:1). Paulus beantwoordt die vragen vanuit zijn visie op de bestemming van ons lichaam, een visie die hem door God is ingegeven en die Paulus met gezag onderwijst. Ook onze vragen over seksualiteit mogen beantwoord worden vanuit Gods onderwijs over de bestemming van ons lichaam.

 

Je bent niet van jezelf maar je lichaam is voor de Here

Als er één boodschap is die het in de cultuur van vandaag slecht doet is het wel deze: je bent niet van jezelf en je lichaam is niet van jezelf. Je hoort en proeft in de wereld om je heen juist telkens dat je je leven zelf in de hand hebt. Het wordt niet eens gebracht als een aansporing -neem je leven in eigen hand- de boodschap van menselijke zelfbeschikking wordt gepresenteerd als een feit, jij beschikt over je eigen leven en over je eigen lichaam. En daarom moet jij er van maken wat er van te maken valt. Het harde hiervan is dat het daarom ook alleen jou te verwijten valt als het je niet lukt om iets van je leven te maken.

 

De boodschap van de bijbel is anders. Paulus zegt het glashelder, kijk maar eens mee in 1 Korintiërs 6:19-20: ‘Of weet u niet dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u woont, die u van God ontvangen hebt, en dat u niet van uzelf bent? Want u bent gekocht en betaald.’ Je bent niet van jezelf en je hebt geen zelfbeschikkingsrecht. Dat is een boodschap die haaks staat op de cultuur van vandaag. Eigenlijk zit het nog dieper, het is een boodschap die haaks staat op het denken van de in zonde gevallen mens. Die mens denkt in termen van zelfbeschikking. Daarin ligt toch ook een kern van de zondeval? De mens wilde niet langer onder God staan maar naast Hem, op zijn plek. Zo werd onder God, zonder God. Want God gaat er niet in mee, Hij neemt geen genoegen met een gedeelde eerste plaats.

 

De drang naar zelfbeschikking, het verlangen om eigen baas te zijn in je leven, zit sinds de zondeval diep in mensen. Het zit ook in ons. Zo zat het ook in de mensen in Korinte, in leden van de gemeente van Jezus Christus. In Korinte zeggen ze: ‘Alles is mij geoorloofd.’ Paulus haalt hun woorden aan in hoofdstuk 6:12. Misschien had Paulus dat wel gezegd in een van zijn preken in Korinte toen hij het had over de ruimte die een christen heeft om in verantwoordelijkheid aan God zelf beslissingen te nemen. Die hele gedetailleerde wet van de joden was nodig geweest om de mens tegen zichzelf te beschermen. Maar nu is Christus gekomen en wie bij Hem hoort mag in Hem zijn of haar bescherming vinden tegen het verlangen naar zelfbeschikking. Zo kan Paulus hier zeggen: ‘Alles is mij geoorloofd, maar niet alles is nuttig. Alles is mij geoorloofd, maar ik zal nergens een slaaf van worden.’ Paulus ontmaskert hier de gedachte van zelfbeschikking. Hij zegt: je denkt dat je eigen baas bent in je leven, maar voor je het weet nemen die dingen waar jij voor kiest de leiding over. Voor je het weet ben je een slaaf van je eigen vrije keuzes: je komt vast te zitten aan bepaalde gewoonten, aan bepaalde vrienden en aan je eigen eergevoel.

 

Paulus zegt: christelijke vrijheid? Oké, maar vergeet niet bij al de keuzes die je moet maken -wat je met je leven en lichaam doet- wat het leidende principe is: je bent niet van jezelf maar je lichaam is voor de Here. Je lichaam is bestemd voor Christus. Je lichaam is al door Hem gekocht en betaald daarom heeft Christus ook nu al het beschikkingsrecht over je lichaam. En eens zal je lichaam volledig voor Hem zijn, zodat Hij erdoor verheerlijkt wordt.

 

Paulus maakt dat duidelijk met een voorbeeld. Zoals het voedsel zijn bestemming vindt in de maag, zo vindt het menselijk lichaam zijn bestemming in Christus. Verheerlijk God met je lichaam. Zoals de maag helemaal gericht is op het ontvangen van voedsel, zo is Christus ook helemaal gericht op het ontvangen van verheerlijking door onze menselijke lichamen. Zo natuurlijk is die bestemming van ons lichaam. Je lichaam heeft een doel dat buiten jezelf ligt. Je lichaam heeft een doel in Gods plan met mensen. We zijn met ons lichaam op reis naar onze bestemming bij Christus.

 

Lichaam en geest zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden

Soms wordt er over lichaam en geest gepraat alsof ze elkaar niet beïnvloeden en los van elkaar ergens mee bezig kunnen zijn. Zo ook in Korinte, daar leefden mensen in de overtuiging dat wat je met je lichaam doet los staat van je geest en van je geloof. Geloven doe je met je hoofd en wat je met lichaam doet staat daar buiten. Dat is wel herkenbaar, denk ik. Naar tv programma’s kijken die niet kunnen, en dat weten, en toch blijven kijken - want ‘dat beïnvloedt mij niet.’ Omgaan met mensen die een verkeerde invloed op je hebben, en dat voelen, en toch met hen blijven omgaan - want ‘mijn geloof zit van binnen, daar kunnen ze toch niet bij.’ Of verkering hebben met een jongen of meisje van buiten de kerk en denken dat je wel je leven lang met zo’n verschil kunt omgaan. Jij gelovig, hij of zij ‘slechts geïnteresseerd’. Alsof je geloof alleen maar van binnen zit, in je geest, in je verstand. Alsof het buiten je lichaam om gaat. Maar je kunt toch niet alleen met je geest naar de kerk? Je zult toch echt lichamelijk aanwezig moeten zijn.

 

Geloof is iets van geest en lichaam want geest en lichaam zijn niet te scheiden. Jongens en meisjes, dit begrijpen jullie vast wel: als je een spreekbeurt moet houden dan kun je daar erg gespannen van zijn. Dat je die spreekbeurt moet houden is iets dat je weet in je verstand, maar je kunt er wel buikpijn van krijgen en dat is iets in je lichaam. En omgekeerd, wie ochtendgymnastiek doet, met zijn lichaam, voelt zich de hele dag door actiever, en dat is iets in je geest. Lichaam en geest zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.

 

Daarom is wat je met je lichaam doet van invloed op je geloof. Wat je met je lichaam doet is van invloed op je relatie met Christus. In Korinte ging het om hoererij. Seksuele zonden. 1 Korintiërs 5:1 geeft een stuitend voorbeeld van wat Paulus bedoelt: iemand leeft met de vrouw van zijn vader. Seksueel contact binnen familierelaties. Wij kennen ook de schrijnende voorbeelden. Paulus zegt dan: wat je met je lichaam doet staat niet los van je geest, het staat niet los van je geloof. Wat je met je lichaam doet staat niet los van je band met Christus.

 

Lichaam en geest zijn niet gescheiden, maar ze zijn wel te onderscheiden. Lichaam en geest zijn één, maar daarmee nog niet aan elkaar gelijk. Het lichaam is sterfelijk, de geest niet. Daarom kan Paulus in 1 Korintiërs 5:5 zeggen dat iemand die in ernstige seksuele zonden leeft overgeleverd moet worden aan de satan, ‘tot verderf van zijn lichaam, opdat zijn geest behouden wordt op de dag van de Here.’ Iemands lichaam gaat dan te gronde maar zijn of haar geest overleeft het oordeel van God.

 

Lichaam en geest zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Dat is op aarde zo, maar het geldt ook voor het leven bij God op de nieuwe hemel en aarde. Paulus zegt in 1 Korintiërs 6:14: ‘God heeft niet alleen de Here opgewekt, maar Hij zal ook ons opwekken.’ Net zoals de Here Jezus is opgewekt met zijn lichaam, zo worden ook wij opgewekt met ons lichaam. De nieuwe hemel en de nieuwe aarde is niet iets geestelijks en wij zullen daar niet als geesten of zielen zijn. Ja, de gestorven gelovigen zijn nu als zielen bij God terwijl hun lichamen in de aarde zijn. Dan zijn lichaam en geest tijdelijk gescheiden. Niet voor altijd. Want na de wederkomst en het oordeel, wanneer God alles nieuw maakt, zullen wij ons lichaam terugkrijgen. Je krijgt geen ander lichaam, maar je krijgt je eigen lichaam terug. Wel vernieuwd en onsterfelijk gemaakt. Jouw vernieuwde lichaam en jouw geheiligde geest worden weer verenigd tot een nieuw levend wezen.

 

Hoererij is zonde tegen het lichaam

In 1 Korintiërs 6:18 staat: ‘Ontvlucht de hoererij. Elke andere zonde die een mens doet, gaat buiten zijn eigen lichaam om. Maar door hoererij bezondigt men zich aan zijn eigen lichaam.’ Je kunt ook vertalen: zondigt tegen zijn eigen lichaam. Zondigen betekent: het doel missen, er aan voorbij schieten en je bestemming niet bereiken. God heeft de mens geschapen met de gave van de seksualiteit. Een prachtig cadeau, omdat seksualiteit een intense beleving geeft. Maar daardoor gaat het sinds de zondeval ook zo grondig mis op het gebied van seksualiteit. Seksuele zonden doortrekken je hele menselijke bestaan, meer dan andere zonden. De mens is zo geschapen dat seksualiteit het leven intens stempelt.

 

Daarom is hoererij zonde tegen het lichaam. De term hoererij staat voor elke seksuele beleving buiten hoe God seksualiteit bedoeld heeft. De tweede helft van Zondag 41 van de Catechismus maakt dat concreet: ‘God verbiedt alle onreine daden, gebaren, woorden, gedachten, begeerten en wat de mens daartoe verleiden kan.’ God heeft seksualiteit niet bedoeld voor onreinheid maar juist als iets waarin de mens op een zuivere manier zijn man- of vrouw zijn mag beleven. Seksualiteit is ook niet alleen iets voor getrouwden, het gaat ieder mens aan, oud en jong, getrouwd en ongetrouwd. Want je bent vrouw of je bent man, je bent jongen of je bent meisje.

 

Het lichaam is niet voor de hoererij, zegt Paulus in 1 Korintiërs 6:13. Het is voor de Here. De bestemming van je lichaam is dat God door jouw lichaam verheerlijkt wordt. God vraagt van je dat je van Hem houdt met heel je hart, met heel je verstand, met heel je ziel en met al je krachten. Dat uit zich in je lichaam, je doet dat met je lichaam.

 

Vandaar de ernst van seksuele zonden. Seksuele zonde is zonde tegen je lichaam. Door seksuele zonden schiet je als mens aan je levensdoel voorbij. De bestemming van je lichaam wordt niet bereikt. Je verheerlijkt God niet met je lichaam maar je gebruikt je lichaam op een manier waardoor zijn naam om jou wordt gesmaad.

 

Verheerlijk God met je lichaam

God wil gediend en aanbeden worden door mensen in de tempel van het lichaam. In het oude Israël vond aanbidding en verheerlijking van God plaats in de tempel in Jeruzalem. Ook de heidenen in Paulus’ dagen hadden hun heilige plaatsen om hun goden te dienen. Paulus gebruikt dat beeld van een tempel nu voor het lichaam. God vraagt van ons om Hem te verheerlijken, te dienen en te aanbidden. En de heilige plaats waar dat moet gebeuren is je lichaam. Je lichaam is gebedshuis, je lichaam is plaats van aanbidding en verheerlijking. Paulus roept in 1 Korintiërs 6:20 op tot heilige tempeldienst.

 

Die tempel mag niet ontwijd worden door allerlei andere zaken die daar plaatsvinden. In een tempel wordt alleen de god geëerd van wie die tempel is. Zo mag in de tempel van ons lichaam ook alleen God, Vader, Zoon en Geest gediend worden. We zijn immers gekocht en betaald. We zijn niet van onszelf maar van Christus Jezus.

 

De tempel van ons lichaam wordt ook daadwerkelijk bewoond. Dat is anders dan met afgodentempels, daar woont geen echte godheid. In de tempel van ons lichaam woont wel de godheid zelf. In de tempel van ons lichaam woont de Heilige Geest. De Catechismus zegt: ‘omdat zowel ons lichaam als onze ziel een tempel van de Heilige geest is, wil God dat wij ze beide zuiver en heilig bewaren.’ In de tempel van ons lichaam mag maar één god gediend worden. De god van het menselijk zelfbeschikkingsrecht mag er geen vaste verblijfplaats krijgen en de god van de vrije seks mag er niet rondwaren. Deze tempel moet heilig blijven, dat wil zeggen, gewijd aan één God, Vader, Zoon en Heilige Geest.

 

Seksualiteit is een cadeau van God. Hij heeft de mens zo geschapen dat seksuele gevoelens het leven intens stempelen. Seksuele gevoelens doortrekken je hele bestaan. God wilde het leven van de mens er mooi mee maken. In de vrouw wilde Hij het leven van de man compleet maken en in de man wilde Hij het leven van de vrouw compleet maken. Door de zondeval is er veel kapot gegaan, ook op dit gebied. Daarom komt God met het zevende gebod: ‘U zult niet echtbreken.’ Met dat gebod wil Hij de seksualiteit beschermen. Maar ook de mens wil God beschermen, zodat de mens met lichaam en ziel tot zijn bestemming komt. Hier op aarde maar ook straks in Gods koninkrijk.

 

Of je nu getrouwd of ongetrouwd bent, of je nu oud of jong bent, met het zevende gebod richt God zich ook op jou. Het zevende gebod geldt voor iedereen want het is een beschermend gebod. Het is een gebod waardoor het leven weer mooi mag worden, een gebod dat er aan meewerkt dat je als mens tot je bestemming komt: God verheerlijken. Getrouwd of ongetrouwd, je mag genieten van je vrouw zijn of van je man zijn. Je mag ervan genieten dat je een jongen of juist een meisje bent. Want mannelijk en vrouwelijk zijn aanvullend. Niet alleen in het huwelijk, ook daarbuiten. Gaven vullen elkaar aan, krachten worden gedeeld, inzicht en gevoel worden uitgewisseld. Want God schiep de mens zo dat mannelijk en vrouwelijk als twee puzzelstukjes bij elkaar passen om samen een mooi en compleet plaatje te vormen. Amen.